BOEK X
|
43 |
Laten we alles geduldig aanvaarden, alles bescheiden gebruiken, alles wijs opgeven.
Zo zullen we alles hebben en door niets worden bezeten, zullen we van de wereld proeven en niet worden vergiftigd, zullen we het vuur hanteren en niet worden verteerd. Laten we niemand in de dood doen wegzinken door late verwijten, noch door ijdele uitsluitingen, noch door hachelijke veroordelingen. Laten we de liefde aanbieden die alles begrijpt, die alles verontschuldigt, die vertroost, die verheldert en die zonder dwang terugleidt tot de weg van de waarheid van de Enige. |
43' |
"Laten we nooit de toon van meester aanslaan met wie dan ook, teneinde geen aanstoot te geven aan Gods vrijheid die in ieder van ons sluimert." weergalmen nog slechts het lawaai van de dood. Ze hebben de eenvoud en de intelligentie van hun eerste natuur verloren. Ze hebben de verbazing die hen tot God bracht laten afstompen, en de aanblik van de wereld die hen omringt, onderricht hen niet meer. Ze zijn onzinnig en ongelukkig geworden door hun hoogmoedige waanzin. Ze verscheuren elkaar en hakken de wereld in stukken met de hardnekkigheid van een blinde waanzin. |
|
|
64 |
Allen verliezen hun tijd en hun leven ten overstaan van God: gelovigen en goddelozen, eerlijke mensen en misdadigers, harde werkers en luiaards, intelligenten en idioten, asceten en losbandigen, geleerden en onwetenden, vernuftigen en middelmatigen, verheerlijkten en miskenden, begaafden en onhandigen, jongeren en ouderen, rijken en armen, beschaafden en wilden, allen! Uitgezonderd wie waanzinnig zijn Heer zoekt hier beneden zonder afleiding en zonder rust, uitgezonderd wie het eerste leem ter hand neemt en Gods werk doet.
|
64' |
De geleerden en de intelligenten zullen ten overstaan van God belachelijk worden gemaakt en ver van zijn licht verjaagd; alleen de eenvoudigen en de gelovigen zullen ten overstaan van hem genade vinden. Wat de wijzen en de heiligen betreft, hun hart was altijd al met de Heer van wijsheid en van liefde. "Het Boek waarin God zijn geheim heeft geschreven, is de hemel en de aarde. Zo bestudeert de heilige en wijze mens de wetenschap van de Heer in de vrede van de tuin van Eden." |
|
|