Accueil Louis Cattiaux The Message Rediscovered Concordance du Message Retrouvé Videos Links

Ga naar het vorige boek Ga naar het volgende boek Afdrukbare pagina in A4-formaat

BOEK III

  Ik ben in de Vader, en de Vader is in mij.

JEZUS


  O Vader, je bent in mijn hart, en niemand kan je kennen behalve ik, je zoon.

ACHNATON



UN ÊTRE VIE GLOBE ZONDER SMET

1 Het gebed is het meest voltooide middel van de ontwikkeling van de wil in God. 1' Het water dat opwelt uit de heilige aarde valt in gouden regen terug op de verduisterde wereld.

2 Anderen domineren is een gemakkelijke illusie.
Zichzelf domineren is een harde werkelijkheid.
2' De studie van de middenwereld geeft de kennis van het grote Universum.

3 Wie is groot genoeg om verborgen te blijven?
Wie is bekend genoeg om naamloos te blijven?
Wie is edelmoedig genoeg om alles te bezitten?
Wie is machtig genoeg om niets te eisen?
3' Allen zien de voorvader, enkelen herkennen hem, één alleen wekt hem en verlost de wereld van de zonde.
"Geef ons je geheime NAAM, o Heer, als je oordeelt dat onze harten zuiver genoeg zijn om er niet van te sterven."

4 Heeft heel de wetenschap van de mensen hun ooit een haar terug doen groeien? Een rimpel uitgewist? De jeugd teruggegeven? Heeft ze hen van de dood gered, zoals de liefde van de Enige doet voor zijn geheime vrienden? 4' De aarde vloeibaar maken en het water concentreren, daarna de aarde met het water trouwen en genieten van de vrede van de Heer in de door de Vereniging geheiligde steen.

5 De verstrooiing en de beroering verwekken de droevige waanzin van de wereld. 5' De liefde zal zich van de deugd van de zon meester maken en haar vermenigvuldigen tot de rust van de ultieme Heer.

6 Laten we stil en eenzaam blijven, laten we de bewegende natuur aandachtig onderzoeken, laten we God met liefde en in overmaat bidden, zo zullen we met gemak komen tot het licht dat het Universum baart. 6' Het hemelse huwelijk doet de helderheid van de sterren oplichten.
Het aardse huwelijk openbaart het gewicht en de deugd van het lichtende goud.

7 Wanneer een heilige een zieke geneest, leert hij hem vervolgens de anderen te helpen. Zo geneest hij hem tweemaal. 7' Van Saturnus tot de maan en tot de zon is er slechts één weg, die de geduldige uitzuivering is van het brute lichaam tot de vereniging van de loutere geest met de volmaakte ziel.

8 Hoe zullen we het mysterie van de verborgen dingen vatten, als we de klaarblijkelijkheid van die welke ons verblinden niet begrijpen? 8' De uitwendige ster voegt zich bij de inwendige zon om de enige helderheid te verwekken.
"O geheime schoonheid!"

9 Uit het bebroede ei komt een kip, maar niemand slaat er acht op. 9' Het licht van de sterren schijnt aan de hemel en in het binnenste van de aarde.

10 De gewenning aan de dood van de geest maskeert voor ons de wonderen van God en van de natuur. 10' Het is wat de levensfontein bevrijdt waar de kiem van de hemel en aarde sluimert.

11 Het is overbodig om de wetenschap van de mensen aan te vallen, aangezien ze zichzelf vernietigt. 11' Al wat zich buiten de natuurlijke wetten voltooit is dood en verwekt de dood.

12 Men kan zich slechts ontdoen van een boosaardige door te proberen hem te verbeteren.
De tijd en het ongeluk krijgen gemakkelijk grip op hem en scheiden in hem wat goed is van wat slecht is.
12' De ware natuur van de mens is het door de schaduw van de dood bedekte hemelse licht.
"De zoeker van een ideaal is een gevaarlijke dwaas. De zoeker van transcendente werkelijkheid is een weldadige wijze."

13 Door voortdurende imbeciele onverbiddelijkheid en gestrengheid verwijdert men de rechtschapen mensen van de heilige dingen. 13' Wie arm blijft in God kan de wereld bezitten zonder gevaar te lopen te sterven.

14 De eenvoud en de luiheid van de menigten maken van de levende god een afgod, en van de godsdienst angst. 14' Het leven van de zon is zichtbaar aan de hemel, en voelbaar onder de schors van de aarde.

15 Met een onwetende redetwisten is zwakker worden dan hij. 15' Verdorvenheid maakt alle zuiverheid zichtbaar.

16 De wijze rust in de volheid van het enige licht.
De dwaas roert zich in de leegte van de veelvuldige duisternis.
16' We raden God in de tijd van een zucht, maar híj neemt ons waar in eeuwigheid.

17 De waarheid verbergt zich onder de sluier van fabels en van parabels, er is een zeer rechtschapen en zeer doordringende geest nodig om haar te ontdekken, zoals er een goed geoefend oog nodig is om de diamant te herkennen onder het omhulsel dat hem beschermt. 17' In het middelpunt van het Universum en in het hart van de mens zijn Gods mysteries vervat.
Wie zal de afgrond delven? Wie zal het leven van de aarde openbaren? En wie zal de dauw van de hemel verstevigen?

18 De goddelijke filosofen, de heiligen, de dichters, de kunstenaars en de kinderen denken en handelen vaak in God. 18' De zelfvergetelheid vergroot de mens tot de grenzeloze oorsprong waarmee de Onbekende is bekleed.

19 Wanneer de eersten nochtans spreken, moeten allen nederig luisteren en zwijgen. 19' De kennis doet de mens rusten in het onveranderlijke middelpunt dat de bewegende zee van de wereld draagt.

20 Grove mensen zijn nooit verbaasd ten overstaan van Gods verbluffende schepping.
Ze zien niets, bewonderen niets, hebben niets lief, begrijpen niets en vinden niets.
20' De van de geest verstoken zinnen kruipen ellendig op de aardkorst; maar de geest zonder de zinnen dringt binnen tot het diepste van de hemel en van de aarde. Het is nochtans de liefde die ons doet rusten in de enige helderheid.

21 De kracht van de waarachtige filosofie is te beschouwen wat is en niet wat men gelooft te zijn. 21' Het licht van het hout voorspelt de God in de mens, en de vrucht van onze aarde maakt ons erfgenamen van de prachtige Vader.

22 Weinig mensen zijn bekwaam om in God te handelen in het waken, in de droom en in de dood. 22' Zij die dood zijn voor het heilige water zijn dubbel verstoken van het hemelse vuur.

23 De functies van de hogerstaande mens zijn volmaakt en volledig, en het is daarin dat hij nader komt tot God. 23' Het volstaat niet het licht te bereiken voor enkele ogenblikken; men moet er zich kunnen handhaven gedurende de hele eeuwigheid.

24 Het geringste deel van het Universum is een beeld van het al, en volstaat zichzelf. 24' Het hart van de hemel en van de aarde is als een in de zee van de wereld verborgen ei.

25 Geboorte en dood, handeling en rust, licht en duisternis, vereniging en scheiding komen van de beweging van de vier die de veranderingen van de wereld maken. 25' De verbeelding van de Heer leeft onder de aarde en vliegt aan de hemel om de werelden te bezielen. Wie zal haar in zijn handen vatten? En wie zal haar in zijn hart vasthechten?

26 Gods rust vestigt zich in de zuiverheid, wanneer de elementen in een volmaakt evenwicht zijn verenigd. 26' De vreugde en de verbazing van wie zich in God ontdekt, kennen geen einde.

27 Men doodt de doden niet om ze te onderrichten, noch om ze te redden, men doopt ze met vuur en met water en men vertrouwt ze toe aan de aarde en aan de hemel.

27' Het geduld van de genade verlost ons van de donkerste gevangenissen.
De zoetheid van de liefde doet ons verborgen leven bloeien.

28 De wereld is meervoudig, maar de mens is enkelvoudig. 28' De grote kennis verblijft diep in ons.

29 De waarheid doet nooit de mensen verloren gaan, zij zijn het die haar in de steek laten. 29' In de duisternis is het licht één met God vanaf het begin.

30 De wijze mens vraagt niets aan degenen die geloven alles te hebben en die bang zijn alles te verliezen. 30' Wie de afloop van elk ding kent is wijs onder de wijzen, god onder de goden en waanzinnig te midden van de vulgaire mensen.

31 Zij die beperkt tot water en brood nog vrolijk zijn, krijgen gemakkelijker grip op de wereld dan de wereld grip op hen krijgt. 31' Men kan de waanzin van de dood in de wereld slechts overwinnen door de wijsheid van het leven in God te beoefenen.

32 De haat is het uiterste punt van zwakheid in de scheiding, zoals de liefde het hoogtepunt van macht in de vereniging is. 32' De hardheid en de droogte van de aarde voor de dood.
De soepelheid en de vochtigheid van het water voor het leven.
De strijd van die twee doet de glorie van het al verschijnen.

33 De mensen zuchten naar de sterren zonder te weten dat de zon onder hun voeten rolt en soms in hun blindemanshanden rust.
"De brute steen zal gebed worden, en het gebed zal edelsteen worden."
33' Allen zien de hemel onbedekt.
Enkelen gebruiken de invloed van de sterren.
Een handvol vangt het licht van de maan.
Maar één alleen belichaamt het leven van de zeer volmaakte zon.

34 De natuur onderwijst de wijze en de wijze helpt de natuur, opdat de vrucht aan het leven verschijnt en volmaakt wordt. 34' Wie de tegenpolen van dezelfde natuur weet te verenigen bezit de wetenschap.

35 Een eenvoudige herder kan meer onderricht zijn dan honderdduizend geleerden in de wereld bijeen, en een armzalige idioot kan de wijze het licht van de Volmaakte tonen. 35' Wie het zout van de aarde bezit, kruidt de wereld naar zijn smaak, hij bestrooit alle kwaad tot hij het doet verdwijnen als getuigenis van de glorieuze deugd van God.

36 God is aanwezig zolang wij er zijn. 36' De volmaaktheid die zich in het geheim voltooit wekt geen enkele belemmering op.

37 Wat ongerijmd en ongelofelijk schijnt, is vaak een hinderpaal bestemd om de van hoogmoed en van boosaardigheid vervulde mensen tegen te houden. 37' Door de aarde tot aan de hemel te verheffen en door het vuur tot aan het graf neer te doen dalen, zullen we de glorie van God verkrijgen door middel van het middenwater en van de middenlucht.

38 Wie alles weet is als wie niets weet.
De een rust nochtans en de ander roert zich, de een kent zichzelf, de ander wordt gekend, de een schept, de ander wordt geschapen.
38' Allebei zijn in één, maar alleen één kent zichzelf van binnen en van buiten en bestaat voort in de kosteloosheid van de voortdurende gave.

39 De engel en de demon zijn onbegrijpelijk voor ons, maar de menselijke natuur verheldert ons wonderbaarlijk. 39' "De uitgezuiverde mens verwekt de volmaakte wereld."
Laten we voor de boosdoeners en voor hun werken vluchten, want alles in hen is goddeloos en gaat naar de dood.

40 De weg van de wijsheid, van de heiligheid en van het vernuft is de innerlijke eenzaamheid waar de ster van onze goddelijke geboorte broedt. 40' Wie het licht van de zon zaait en wie het oogst, bezit de hoogste deugd en de grootste schat van de gehele wereld.

41 Elke aarde brengt aan het licht wat God er vanaf het begin ingesloten heeft en niets anders. 41' De waarheid verschijnt eerst rauw, men moet ze vervolgens koken om ze de mensen aan te bieden.

42 Het is even ijdel alles te willen ontberen als te proberen alles in deze wereld te bezitten. 42' De onderrichte mens vraagt alles aan God, maar hij beeldt zich geen enkel middel in, teneinde de gave van de hemel niet te belemmeren.

43 Wie alles weet discussieert over niets.
Wie alles heeft weigert niets.
Wie alles kan vleit zich met niets.
Wie de liefde heeft veracht niets.
43' De almachtige zon wekt het leven tot in de dode aarde en doet het kiemen tot aan de hemel van verrijzenis, maar het is het moederwater dat het zaad van het zuivere goud vrucht doet dragen.

44 We hebben het vaak mis wanneer we de anderen schuldig achten. Er zijn een grote helderheid en een grote getrouwheid nodig om dat te ontdekken. 44' De wijze ziet het gebrek en de deugd van elk ding, maar hij is te druk bezig met het ene te verwerpen en de andere te verheerlijken om erover te spreken.

45 Het is honderdduizend keer beter de laatste te zijn ten overstaan van God dan de eerste onder de mensen. 45' De intelligente mens schakelt de afgunstigen uit door zijn nietigheid ten overstaan van allen uit te roepen.

46 Gods wijsheid gaat onze kortzichtigheid en onze zwakke intelligentie ver te boven. 46' Het is het opwellende gebed van het hele wezen dat de grenzen van het lichaam doorbreekt en ons één maakt met God.

47 De eerste macht, opperste principe, schepper en spil van de wereld, is als God rustend in het leven te midden van de dood. 47' De aanvang van de aanvangen, het mysterie van de mysteries, de beschermende sluier van de eeuwigheid.

48 Het Universum is het kader van de mens, en de mens is het kader van God. 48' Het middelpunt van het middelpunt is als het vuur te midden van het grote water.

49 Het gemakkelijkste en het moeilijkste ter wereld is weten wie we zijn. 49' Zij die ons verlost van elke duisternis.
Hij die elke zuiverheid vervolmaakt.

50 Wanneer de wereld ons afstoot is dat omdat God ons aantrekt; maar hoevelen beantwoorden liefde met liefde? 50' Wie waard is het onderricht te ontvangen trekt Gods aandacht door de kracht van zijn verlangen en door de macht van zijn liefde.

51 Geen enkel woord moet zonder een nauwlettend en lang onderzoek worden aanvaard, teneinde het ware van het valse te scheiden. 51' De uitkomst van de wetenschap is de proefneming van God in de heilige Moeder.

52 In Gods werk zijn beweging en tijd de rechters die de waarheid doen verschijnen. 52' Geconcentreerd, verdunt hij zich;
verdund, concentreert hij zich.

53 Wie het voor zijn leven noodzakelijke werk niet vermeerdert is een wijs en vrij mens. 53' Voor één heilige die God bereikt vallen miljoenen doden terug in de gemeenschappelijke grafkuil.

54 Laten we, wanneer we geloven hier beneden iets te verliezen of te verwerven, het God aanbieden.
Zo zullen we altijd in alles gelukkig zijn.
54' Wie het Universum begeert, bekommert zich niet om de schaduw van de wereld.

55 God droomt de scheppingen tot zijn kennis en tot zijn vreugde. 55' De vogel die uit de rots komt keert terug naar de steen.

56 De wijze is alleen met God, zoals God alleen is met zichzelf. 56' Het licht dijt uit tot de onweegbare ether en concentreert zich tot de vaste en zwaarwegende zon.

57 Gods mysteries moeten slechts aan de heilige mensen worden voorgesteld. Het is een misdaad erover te spreken met degenen die vrijwillig in de onreine dood blijven. 57' De wolk die boven de bergen vliegt, nestelt in de grotten van de aarde waar ze op de enige helderheid broedt.

58 Het Universum en het atoom vormen Gods enige lichaam.
Wie zal ze koken op het zachte vuur van de liefde?
58' De wijze straalt van binnen en schijnt duister van buiten.
Hij lijkt op de oorsprong van de wereld die rust, bij allen onbekend.

59 Enkel onze wil toepassen op het vinden van God in onszelf is de tijd van onze ballingschap maximaal verkorten.
"Laten we ons inspannen om niets te doen, opdat God met ons kan spreken en opdat zijn engelen ons onbelemmerd kunnen dienen."
59' Het koude en het droge verschijnen van buiten.
Het warme en het droge openbaren zich van binnen.
Het vochtige verbindt de hemel en de aarde.

60 De nacht bevat de dag. Het dode bedekt het levende. Het harde ontvangt het zachte. Zo openbaart God het leven, en het leven openbaart God. 60' Door het binnenste buiten te plaatsen zullen we het onzichtbare in het zichtbare doen verschijnen en Gods licht zal de aarde van de mensen verlichten.

61 De onwetende spreekt altijd over wat hij niet kent.
- De onderrichte mens onderhoudt zich soms over wat hij kent.
- De wijze luistert en zwijgt.
61' Tussen de twee aangezichten van God bestaat slechts het verschil van de steen tot de steen, maar het ene is duister en het andere schijnt prachtig.

62 De volmaaktste vreugde is God aanbidden.
De hoogste wetenschap is zijn werk nabootsen.
De grootste schat is hem ontdekken en hem in zich behouden.
62' Als je het begin wilt kennen, bestudeer dan het einde en als je tot het einde wilt komen, neem dan het begin.
"Uiteenhalen is niet verstrooien. Verenigen is niet toevoegen."

63 De onuitspreekbare liefde laat niets anders toe dan zichzelf. 63' Het water dat uit de aarde komt keert terug naar de levende zee van de grote wereld.

64 De rust bevat de beweging.
De beweging verwekt de verandering.
De verandering loutert de schepping.
64' De uitgezuiverde schepping openbaart God in één drievuldigheid en in drievoudige eenheid.
"Verteren is niet doden. Koken is niet vernielen."

65 Wie God heeft gevonden, verplicht niemand te geloven.
De volheid van de liefde en van de kennis volstaat hem.
65' Alles wat waarachtig is van binnen is ook geldig van buiten, want die twee zijn slechts één in drie.

66 Wie weet en wie kan is als wie is. 66' Het centrale vuur rijpt het hemelse licht.

67 Schaamte is de enige kastijding van wie zijn onwetendheid erkent.
God is werkelijk groot en edelmoedig.
67' Er is niets in het Universum dat niet ook in de mens is.
De grote wereld kan dus de kleine verlossen en de kleine kan ook de grote samenbrengen.

68 Wanneer een volk zijn wijzen, zijn heiligen, zijn kinderen, zijn dichters en zijn kunstenaars veracht, mishandelt of doodt, is de natie haar einde nabij. 68' De haat die de middelmatigen de kennis, de liefde, het leven, de grootsheid, de schoonheid toedragen, kent geen grenzen.

69 Door zich aan de anderen als onwetend en onbekwaam voor te stellen, verkrijgt men gemakkelijk de vrede noodzakelijk voor de zoektocht naar God. 69' De door de heilige best beproefde werkelijkheid schijnt voor het grootste aantal juist ongerijmd.

70 Wie het goede doet, maakt zich niet druk om het slechte dat men om hem heen doet. 70' Het instinctieve leven, getemd, in goede banen geleid en gesublimeerd in zijn bron, leidt tot heiligheid.

71 Wie de menigten onderricht wordt door allen verworpen, vervolgens trekt hij de hele wereld aan; dat is Gods gerechtigheid.
"De drogredenaars vermaken ons wel een tijdje, maar ze laten ons uiteindelijk achter met een leeg hart en met lege handen."
71' God die leven en vuur is, openbaart de Heilige Geest door de dood en door de verrijzenis van zijn Zoon.
"Onder al die intelligenten die ons de wereld beschrijven waar we gevangenen zijn, wie is degene die eruit komt en die ons eruit bevrijdt?"

72 De heilige is alleen met God te midden van de vulgaire mensen, zoals het kwik en het goud verenigd zijn tussen het afval van de aarde. 72' Aanvaarding en onthechting genezen alle waanzin, omdat ze leiden tot de zelfvergetelheid die Gods wijsheid is.

73 Er bestaan geesten gemaakt om elkaar te ontmoeten en om onder elkaar te communiëren; hun getal wisselt weinig door de eeuwen heen. 73' De combinaties van het voortdurende worden zijn oneindig. God alleen blijft onveranderd in zijn levenskleed.

74 De uiterlijke kenmerken van de verdienste zijn het bewijs van de onmacht en de aan de middelmatigen aangeboden juiste vergoeding. 74' Wie God zoekt in gedachte en in daad moet de verschijningsvormen van de dood verwijderen, die de terugkeer van het hemelse goud in de weg staan.

75 Middelmatigheid verzekert tegen te grote pijn en tegen te grote vreugde. 75' De nutteloze voorzorg en de tussenliggende dood.

76 De heiligen zijn niet geliefd bij de wereld, omdat ze teveel eisen van de vulgaire mensen. 76' Eén seconde van intuïtie openbaart wat duizend jaar van werken niet toelaten te ontwaren.

77 Wanneer een goed onderwijs wordt gegeven aan middelmatige mensen, maken ze het schadelijker dan de onwetendheid zelf. 77' Het water is universeel, de zaden zijn afzonderlijk.
Het ene lost op, de andere verstevigen, maar één enkel ding bevat heimelijk God.

78 Alles wat openbaar is, wordt waardeloos en gaat verloren.
Alles wat geheim blijft, behoudt zijn deugd en zijn prijs.
78' Verheven, met verschrikkingen beklede maagd.
Levende spijs van de wereld.
Voedster van de zon.
Heilige Moeder van de mensen.

79 Imbeciliteit is een rem toegepast op boosdoenerij, want ze belet de systematische keuze van wat slecht is voor de anderen en voor onszelf. 79' De natuur ontsluiert zich voor de eenvoudige en geduldige mensen, maar geen enkele dwang zou haar kunnen verplichten om zich naakt te vertonen aan de zotten en aan de hoogmoedigen.

80 De inperking van verlangens en het aanvaarden van verandering verwekken de onthechting, de vrijheid en de rust, noodzakelijk om naar de Volmaakte te zoeken. 80' Wie in God wil binnengaan moet als God worden, dat wil zeggen zeer zuiver en zeer volmaakt als het hemelse water en als het hemelse vuur.

81 Zonder de wil te genezen is geen genezing mogelijk; men moet dus elke zieke ondervragen alvorens iets te ondernemen. 81' De voorzichtigheid van de wijze bestaat erin hen te onderrichten die erom vragen en niemand te dwingen om te geloven of om te weten.

82 De vrouw ontbindt de man tot het water van de lucht.
De man verstevigt de vrouw tot het vuur van de aarde.
Uit die twee welt het oneindige van de volmaakte schepping op die de glorie van de Enige openbaart op de aarde van de levenden.
82' De vloeibaarwording en de vegetatie van de aarde zijn het eerste mysterie.
De versteviging en de bezieling van het water vormen het tweede mysterie.
De verbinding van het eerste water met de tweede aarde vormt het derde mysterie.

83 Men moet het zo doen dat ieder wordt beoordeeld door zijn daden en door zijn gedachten; dat is Gods ware oordeel dat niemand zou kunnen aanvechten zonder zich nog meer te veroordelen. 83' Laten we, als ons geluk te slecht lijkt te zijn, het aan God wijden die het uitstekend zal doen worden, want de Geleerde kan ons in de dood bedolven licht verlossen en tot rijping brengen.

84 De aangeboren gave, die van het verleden komt, bepaalt de huidige toestand, die op zijn beurt de toekomstige gave voorbereidt. 84' Geen enkele ongerechtigheid in ieders toestand, bijgevolg passen de stilte en de aanvaarding allen in gelijke mate.

85 Het is gemakkelijker een groot werk tot onszelf te verlagen dan ons ertoe te verheffen, maar het is onontbeerlijk te groeien en te rijpen na te hebben gekiemd. 85' Binnen de limieten waar het water stijgt en daalt, en daar waar het licht van de sterren en het centrale vuur zich samenvoegen, neemt het leven gestalte: onder de aarde, op de aarde, in het water en in de lucht.

86 Weten is begrijpen dat het kleinste door God geschapen ding meer waard is dan alle menselijke werken bijeen. 86' Wanneer we zijn voorbereid om de dood te volgen zonder ons om te draaien, zullen we met de wereld kunnen spelen zonder vrees te sterven.

87 Het enige nuttige doel hier beneden is God bereiken; al de rest is als een droom, als het stof en als de dood. 87' Leven, liefhebben, verlangen, lijden, ervaren, kennen, kiezen, tot rust komen, dat is de bestemming van de mens.

88 De geduldige en vastbesloten projectie van de wil op een gekozen doel is het geheim van de verwerkelijking van het verlangen. 88' Het geïnspireerde gebed vormt het middel, en God is het doel.
"Gescherpte zinnen, ontspannen spieren, gevouwen benen, gesloten mond, afgesneden adem, gezuiverd bloed, geledigd hoofd, bedaard hart."

89 De wijze veroordeelt de waanzin van de mensen niet, omdat hij zich herinnert er sinds kort uit te zijn gekomen. 89' In de beste mens blijft iets slechts, en in de slechtste bestaat een lichtvonk voort.

90 Geluk is God in vrede aanbidden en van de wereld gebruik maken als in een droom. 90' We zullen de wereld zonder illusie zien wanneer we God hebben gevonden.

91 Het ongeluk uitwissen en de grieven vergeven is niet ze vergeten, het is alleen ze beheersen, teneinde niet in het spoor van de haat te vallen. 91' Laten we het leven dat ons omringt sparen, zo zullen we hetgeen binnen in ons voortbestaat vermeerderen.

92 Waar de waarheid de wijze mens verheugt en verlicht, kwetst en misleidt ze de onwetende; daarom blijft ze gesluierd in de wereld. 92' Wie het geheim van God zoekt zal het leven vinden als hij eenvoudig en rechtschapen blijft, zo niet zullen de waanzin en de dood hem in de afgronden verstrooien.

93 De hogerstaande mens voltooit alles in eenzaamheid.
De lagerstaande mensen verderven alles gemeenschappelijk.
93' Het vuur en het water scheiden wat vermengd is in de wereld, en concentreren wat verenigd is door God.

94 De beproeving bevestigt de heiligen en onderwijst de goddelozen.
"Hij die aanvaardt, wordt snel verlost van de druk van het ongeluk, want hij ontvangt terstond het goddelijke geneesmiddel."
94' Wie de wereld in de wereld en door de wereld heeft overwonnen, wordt ten overstaan van God tot overwinnaar verklaard.
"De eerste weldadigheid is denken aan de anderen, de laatste is enkel denken aan God."

95 Zo de gehoorzaamheid van de lagerstaanden gebaseerd moet zijn op het verlangen zich te vervolmaken, moet het gezag van de hogerstaanden zich rechtvaardigen door de wil om te helpen en te onderrichten. 95' Alleen de wijze mensen kennen de kunst de wereld te onderwijzen door het ongerijmde, maar niemand verstaat hen meer.
"Doe goed wat je onder de mensen te doen hebt, maar verwacht er niets van en geloof er vooral niet in."

96 Als het boek een mens helpt om tot God te komen of om hem te naderen, zal het niet tevergeefs zijn geschreven. 96' Elk ding duikt op uit zijn chaos en vervolmaakt zich in zichzelf.

97 Het licht van de wereld komt uit de universele duisternis om de dag van God te verwekken. 97' Het zal worden gevonden door weinig mensen, die er veel waard zijn.

98 Er zijn twee leren en meerdere betekenissen.
God zal ze zichtbaar maken, of ze naar eigen goeddunken versluieren.
98' De weerschijnende maagd en haar gouden zoon zullen weer op de aarde van de levenden verschijnen.

99 Door degenen te zegenen die geloven ons te stropen en ons te dwingen, zullen we niet méér verliezen, maar we zullen, integendeel, rijker worden van hun stroping en meer verzekerd van hun ultieme nederlaag of van hun onvoorziene bekering. 99' Al degenen die God prediken spreken dezelfde taal, maar we verstaan ze verschillend.

100 Vorm geven aan de natuur is God eigen.
- De verschijningsvorm vernietigen is het werk van de waanzinnigen en soms, dat van de wijzen.
- De natuurlijke werkwijzen nabootsen is het werk van de kunstenaar.
- De aspecten van de wereld namaken is de waanzin van de onwetende.
100' De schepping,

De wetenschap,

De kunst,

De kunstgreep.
Laten we aan niemand iets uitleggen. Laten we ons eerder inspannen om de waarheid van het leven die alles aan allen zal onderwijzen, te vinden en te openbaren.

101 De grootste onder de mensen is hij die de leer van de natuur in overeenstemming kan brengen met die van de heilige boeken om slechts één enkel ding te maken. 101' Het bestuur van de mensen toevertrouwen aan hen die er de grootste liefde voor hebben en de grootste kennis ervan, is God eren en hem nuttig dienen.

102 De godsdiensten, de kunsten, de wetenschappen en de wetten moeten niet worden onderworpen aan de middelmatige mensen die alles omlaaghalen. 102' De aarde zal weer als modder worden, zoals het leven en zoals het goud onder de adem van de Allerhoogste.

103 Als we het onderwijs van de Heer meteen verstaan, laten we ons dan aan hem overgeven en de boeken overlaten aan de volgenden die hem op de tast zoeken. 103' Alles behoort God toe, zelfs de dood, die hem wijselijk verdoezelt.
"Zij die heden zeggen: “Het is duister”, zullen op de dag des oordeels uitroepen: “Het was verblindend en we hebben niets gezien”."

103"

  Het is met het koninkrijk Gods als met een mens die het zaad in de aarde werpt: of hij slaapt of waakt, nacht en dag kiemt en groeit het zaad zonder dat hij weet hoe, want de aarde brengt vanzelf haar vrucht voort.

JEZUS


  De waarheid zal uit de aarde kiemen en onze aarde zal haar vrucht geven.

DAVID



  Ga naar het vorige boek Ga terug naar het begin van het boek Ga naar het volgende boek